Een medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) kan veel vertellen over de stand van zaken binnen de organisatie. Zo’n onderzoek kan zaken aan het licht brengen die spelen onder werknemers, maar waar zij zich niet zo snel over zouden uiten. Ook kan het duidelijk maken of leidinggevenden bepaalde signalen te makkelijk hebben weggewuifd.
De arboprofessional vangt regelmatig geluiden op in de wandelgangen over zaken in de organisatie die minder lekker lopen. Er kan bijvoorbeeld op verschillende afdelingen geklaagd worden over werkdruk. Ook kan de arboprof het vermoeden krijgen dat op sommige afdelingen de werksfeer te wensen overlaat, bijvoorbeeld omdat er frictie is tussen een leidinggevende en zijn team. En natuurlijk kan de arboprofessional ook signalen opvangen van pestgedrag. In al deze gevallen gaat het om zaken die niet duidelijk aan de oppervlakte komen of rechtstreeks door werknemers benoemd worden. Om te achterhalen hoe serieus die signalen zijn, kan de arboprofessional pleiten voor een medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO). Dit kan hij samen met de OR opzetten.
Goed nadenken over formulering
Een goed MTO hoort anoniem te zijn. Alleen dan kunnen werknemers zich in alle vrijheid uiten over de problemen die ze op het werk ondervinden. En het MTO wordt dubbel waardevol als het met een bepaalde regelmaat herhaald wordt, bijvoorbeeld ieder jaar. Dan kan het allereerste MTO dienen als nulmeting. Volgende onderzoeken kunnen dan duidelijk maken of de genomen maatregelen naar aanleiding van de uitkomsten effectief zijn. Denk wel vooraf goed na over de vragen. De formulering is heel belangrijk, omdat die makkelijk (onbewust) sturend kan blijken te zijn, of voor meerdere uitleg vatbaar. Soms is het dus beter om hier een professional voor in te schakelen (tool). Vooraf testen met een paar proefpersonen is ook aan te bevelen. En spreek vooraf samen met de OR af bij welke percentages ingrijpen gewenst is.
Bron: HR Rendement