Alle ouders krijgen vanaf 2017 minimaal een derde van de kosten van kinderopvang vergoed. Ouders gaan er in de meeste gevallen op vooruit in 2017, afhankelijk van inkomen, aantal dagen opvang en het uurtarief. De meevaller zit tussen enkele tientjes tot ruim 900 euro.
Jaarlijks komt 200 miljoen euro extra beschikbaar voor de kinderopvang. De kinderopvangtoeslag voor ouders wordt met in totaal 136 miljoen euro verhoogd. Daarnaast gaat de maximum uurprijs voor de kinderopvanginstellingen omhoog. In totaal kosten deze maatregelen 180 miljoen euro per jaar. Dat meldt het ministerie van Sociale Zaken.
Het Ontwerpbesluit Kinderopvangtoeslag 2017 bevat de volgende wijzigingen:
Aanpassing kinderopvangtoeslagtabel
- verhogen van de toeslagpercentages in de eerste kindtabel en verhogen maximale toeslagpercentages in de tweede kindtabel;
- verhogen van de vaste voet van 23,8 naar 33,3 procent;
- indexering toetsingsinkomens in de toeslagtabel;
Aanpassing maximum uurprijs
- verhogen van de maximaal te vergoeden uurprijzen (= maximum uurprijzen) dagopvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang met 2,5 procent in verband met het uitblijven van indexering in 2012;
- jaarlijkse indexering van de maximaal te vergoeden uurprijzen dagopvang, buitenschoolse opvang en gastouderopvang;
Recht op kinderopvangtoeslag bij werkloosheid
- een jaar verlenging van het gedurende zes maanden behouden van het recht op kinderopvangtoeslag bij werkloosheid.
Hogere kinderopvangtoeslag
De toeslagpercentages in de eerste kindtabel worden verhoogd met 2 procentpunt. Dit betekent dat ouders een hogere kinderopvangtoeslag ontvangen voor het eerste kind.
Voor de laagste inkomens tot 23.409 euro die recht hebben op de maximale toeslagpercentages, stijgt de eerste kindtabel met 1 procentpunt, naar 94 procent. De laagste inkomens krijgen daarmee 94 procent van de kosten van kinderopvang vergoed van de overheid.
De verhoging van de maximale toeslagpercentages met 1 procentpunt is lager dan de generieke verhoging van de eerste kindtabel met 2 procentpunt, omdat het uitgangspunt van de kinderopvangtoeslag is dat alle ouders een ouderbijdrage moeten betalen.
Een minimale bijdrage van de ouder van 6 procent voor de kosten van kinderopvang voor het eerste kind acht de regering gerechtvaardigd. Tegelijkertijd worden in de tweede kindtabel de toeslagpercentages voor de laagste inkomens verhoogd met 1 procentpunt naar 95 procent. Zo wordt tegemoet gekomen aan de beperktere stijging van de eerste kindtabel voor de laagste inkomens en wordt vastgehouden aan de systematiek dat de tweede kindtabel hogere toeslagpercentages heeft dan de eerste kindtabel.
Verhogen van de vaste voet
Naaste de generieke verhoging van de eerste kindtabel met 2 procentpunt, wordt het minimale toeslagpercentage, de vaste voet, in 2017 verhoogd van 23,8 naar 33,3 procent. De ophoging van de vaste voet betekent dat inkomens van 99.999 euro en hoger een toeslagpercentage ontvangen van 33,3 procent.
Indexering toetsingsinkomens
De toetsingsinkomens in de toeslagtabel worden voor 2017 geïndexeerd met 1,7 procent op basis van de gemiddelde contractloonontwikkeling.
Bron: Over Salaris